Deelnemers showprogramma 2024

Gele RijdersHet Korps Rijdende Artillerie (KRA), in de volksmond vaak beter bekend als de ‘Gele Rijders’, heeft sinds haar oprichting in 1793 altijd een opvallende plaats ingenomen binnen de Nederlandse krijgsmacht. De Manege KRA bestaat sinds 1966. 

Op de Luitenant-Kolonel Tonnet Kazerne in ’t Harde is de Manege Korps Rijdende Artillerie gevestigd, de enige Defensie manege van Nederland.

Het KRA voert ceremoniële taken uit om de bereden artillerie tradities in stand te houden. De paarden van de manege worden multifunctioneel ingezet, ze treden op tijdens verschillende ceremoniële taken, worden gebruikt voor paardrijlessen, draaien mee in zowel leiderschapstrainingen als coaching-sessies en worden uitgebracht in de sport. Een taak die de manege toebedeeld kreeg was het detachement 6-veld.

Op Paard & Erfgoed demonstreren zij het 6-Veld kanon en laten zij zien hoe zij de paarden ervoor trainen. De manege heeft 13 paarden. Ze zijn allemaal voskleurig, om zoveel mogelijk eenheid te krijgen tijdens de optredens en de ceremoniële taken. De paarden moeten namelijk op alle posities inzetbaar zijn. Zowel als spanpaard voor het kanon, als ook als officierspaard voorop of als volgpaard.

Het stuk van 6-veld (officieel (volgens het voorschrift No.349): 'Vuurmond van 6 Veld') was een in 1894 binnen de Nederlandse Artillerie ingevoerde stalen vuurmond met een kaliber van 57 mm (lengte 1.425 mm) en van het type 'ongeremde getrokken achterlader'.

Het Korps Rijdende Artillerie kent een rijke historie met deelname aan vele veldslagen en, meer recent, vele operaties. Artillerie is van oudsher een belangrijk wapen op het slagveld. Zij is vaak samen met andere vormen van vuursteun, zoals mortieren en de inzet van het luchtwapen, doorslaggevend in het grondgebonden gevecht. De missie in Uruzgan getuigde daar weer van. Het korps staat ook bekend om zijn ceremoniële rol en om het opvallende hoofddeksel, de kwartiermuts, en het jasje van het ceremoniële tenue, de dolman. Aan dat jasje en het paardrijden ontleent het korps de bijnaam de ‘Gele Rijders’.